Gedrag

De talisman genereert twee sensitieve feedbackmethoden als basis. Deze zijn waarneembaar door zintuigen van de mens en zijn daar ook op aangepast.

Sensitieve feedbackmethoden:
- Kleur/licht (zicht)
- Warmte (tast)

Daarnaast geldt druk als secundaire feedback bij het verzenden. De secundaire feedback is van belang bij de intensiteit van de basis feedbackmethoden. Hoe hoger de druk hoe intensiever de feedback door middel van kleur (licht) bij de eigen talisman en warmte en kleur (licht) bij de talisman waarmee je in verbinding staat. De maximale drukintensiteit bepaalt eveneens de maximale intensiteit van licht en warmte en licht. Deze is herkenbaar door de waarneming van de harde kern.

Kleur
Aan de hand van kleurenpsychologie is bepaalt wat de feedbackkleuren van de talisman zouden moeten zijn. Kleurenpsychologie is een tak uit de psychologie dat zich specifiek bezig houdt met de symbolische betekenis, duiding en de werking van kleuren op het psyche. De gekozen kleuren symboliseren elk de gewenste psychologische betekenis.

Ontvangen: Rood-oranje
Emoties en eigenschappen die geassocieerd worden met (evenwichtig) rood-oranje zijn: het gebruiken van kracht en macht op een wijze manier; een voorbeeld zijn voor anderen. Rood-oranje (scharlaken) wordt vaak geassocieerd met warmte, intensiteit en passie en is de kleur van seksualiteit, zinnelijkheid en verlangen.

Verzenden: Geel oranje
Emoties en eigenschappen die geassocieerd worden met (evenwichtig) Oranje-geel zijn: succes in alles wat ondernomen wordt. Ontwikkeling van gevoelens van warmte, liefde en medeleven, hetgeen uitstraalt naar anderen.

Gelijktijdig verzenden en ontvangen: Oranje
Emoties en eigenschappen die geassocieerd worden met (evenwichtig) oranje zijn energie, vitaliteit, seksuele kracht, blijdschap, creativiteit, motivatie, optimisme en een algeheel gevoel van welzijn. Sterke veerkracht en incasserings-vermogen bij teleurstelling en verdriet. Leven in het nu, de behoefte om de vitaliteit te uiten in creativiteit.

Warmte
In de huid bevinden zich thermosensoren (warmte en koudereceptoren) die de lichaamstemperatuur regelen, maar ook feedback geven op snel veranderende temperaturen.

Bij een verandering binnen een normale temperatuur, 30 tot 35 graden, reageren de fasische receptoren, om de lichaamstemperatuur in balans te houden. Dit gebeurt middels bijvoorbeeld het verwijden of vernauwen van de aderen en zweten om de lichaamstemperatuur te reguleren.

De gevoeligheidscurve van de warmte en koudereceptoren liggen echter wel hoger en lager dan aangegeven bij de lichaamstemperatuurregeling. Dat betekent dat als de temperatuur lager of hoger ligt dan de normale curve het verschil niet vegetatief, maar autonoom waargenomen wordt. Ook hier geldt een absolute temperatuur, die uiteindelijk leidt tot pijn.

Daarnaast kunnen de fasische receptoren zich aanpassen aan langdurige hoge of lage temperatuur, wat de gevoeligheidscurve ook doet verschuiven. Op het moment dat het lichaam dus voor lange tijd direct wordt blootgesteld aan een temperatuur boven de 35 graden, past het lichaam zich daarop aan. De normale temperatuur kan dan bijvoorbeeld verschuiven van 32 tot 37 graden; de absolute grens van warmte van 45 graden naar 50 graden.

Om het verschil in warmte waarneembaar te laten zijn dient de talisman daarom snel warm te worden, met een maximum van 45 graden (de absolute grens bij snelle temperatuurverschillen). De warmtetoename dient binnen een minuut regelbaar te zijn, omdat het lichaam zich anders aanpast aan het langdurige temperatuurverschil wat de absolute grens weer verschuift.